Je gaat belazerd worden – als niet nu, dan toch later; ik lees wat staat geschreven in de kantlijn van zijn blik. Ik ontwijk het berekenende oog en kijk naar de storm van koortsachtig neergekrabbelde en net zo driftig weer doorgekraste dromen, het kruipt uit de kelders van zijn bange ziel naar buiten – maar hij wil het niet zien zolang jij het niet ziet. En jij kijkt niet, want je denkt dat je alles al hebt gezien. Misschien is dat ook zo.
Tot je op een dag met bloedende knieën over het asfalt kruipt, zijn vuil onder je nagels en in je schoot. Vervloek jezelf, als je ochtendmisselijk boven de pot hangt en denkt aan het moment dat hij met een verwrongen kop in je klaarkwam – wat liefde leek was natuur. Onthoud de dagen dat je blind was voor de angst, of vergeet ze. Maar zeg niet dat je nooit gewaarschuwd bent. Je gaat belazerd worden. Als niet nu, dan toch later.