Ik heb gedanst
Ik heb gedanst of m’n leven er van afhing en misschien was dat dan ook zo – ik stampte over de koppen van mannen met domme, geile grijnzen, kronkelde me om de haren van meisjes, mooi en lelijk – maar het hielp niet. Ik danste als een derwisj tot ik bijna uit mezelf opsteeg, maar de smerige planken vloeren trokken me aan m’n ziel weer naar beneden en dat doet pijn, dat doet pijn. Ik heb gedanst of m’n leven er van afhing en dat was ook zo: ik was aan het watertrappen en niemand die het zag. Maar ik heb sterke poten, ik heb echt verschrikkelijk sterke poten. Dat scheelt, dat geeft lucht. Zelfs als je al lang verzopen bent.